De Nederlandse schilder Jan Gossaert gebruikte tijdens zijn carrière veel verschillende namen. Andere kunstenaarsnamen en synoniemen waarmee hij bekend was, waren Jan Mabuse, afgeleid van zijn geboorteplaats Mabeuge, of Jennyn van Hennegouwe. Met deze laatste naam schreef hij zich in 1503 in bij het Lukasgilde in Antwerpen. Er is weinig bekend over zijn carrière. Zijn artistieke talent suggereert echter dat hij een goede opleiding moet hebben gehad. Tussen 1503 en 1508 woonde en werkte Gossaert in Antwerpen. In deze periode had hij verschillende leerlingen, waaronder Jan van Dornicke. Andere studenten die bij hem in de leer gingen waren Jan van Scorel en Jan Mertens de jongere. Vanaf 1508 kwam Gossaert in dienst van Filips van Bourgondië. De rest van zijn leven werkte hij bijna uitsluitend voor adellijke huizen. Sommige van zijn andere klanten waren vrienden en kennissen van zijn beschermheer en werkgever.
Toen Filips van Bourgondië als ambassadeur naar Rome en naar paus Julius II in het Vaticaan werd gestuurd, vergezelde Gossaert hem. Dit maakte hem de eerste Nederlandse kunstenaar die in die tijd naar Italië reisde en maakte de weg vrij voor vele andere kunstenaars die naar Italië reisden, zoals Peter Paul Rubens. De indrukken van de Italiaanse kunst oefenden een grote fascinatie uit op de Vlaamse schilder. Zo werd Gossaert een van de eerste schilders van de Nederlandse Renaissance, ook wel bekend als Romanisme. Ook na zijn terugkeer uit Italië in 1509 probeerde Gossaert hij zijn studie van de Italiaanse kunst voort te zetten door kopergravures van Marcantonio Raimondi en Jacopo de Barbari te bestuderen. Terwijl zijn vroegere werken sterk gericht waren op de stijl van de Antwerpse School en kunstenaars zoals Jan van Eyck of Albrecht Dürer, probeerde hij in zijn latere werken steeds vaker de Italiaanse stijl te kopiëren.
Na de dood van Philip kwam Gossaert in dienst van zijn broer Adolph, de markies van Veeren. De Vlaamse schilder Carel van Mander liet in zijn biografie doorschemeren dat Gossaert een nogal onstuimige levensstijl had. Hij gaf echter ook toe dat hij zijn vak onder de knie had en altijd een verzorgd uiterlijk had. Gossaert zou een alcoholprobleem hebben gehad, wat hem in moeilijkheden bracht. Toen de markies een bezoek van keizer Karel V verwachtte, beval hij iedereen, ook Gossaert, om gekleed in wit damast te verschijnen. Helaas zou Gossaert zijn damastkleren kort daarvoor hebben verkocht om alcohol te kopen. Dus probeerde hij de anderen te misleiden en verscheen hij in een kostuum van zeer fijn papier. Maar het plan werkte niet en de markies was zo boos dat hij Gossaert wilde laten opsluiten. Maar de keizer zou zo geamuseerd zijn geweest dat hij hem uit de gevangenis heeft gered. De vele werken van Gossaert en het feit dat hij een intact gezinsleven had, suggereert echter dat de verslaving zijn leven niet heeft gedomineerd.
De Nederlandse schilder Jan Gossaert gebruikte tijdens zijn carrière veel verschillende namen. Andere kunstenaarsnamen en synoniemen waarmee hij bekend was, waren Jan Mabuse, afgeleid van zijn geboorteplaats Mabeuge, of Jennyn van Hennegouwe. Met deze laatste naam schreef hij zich in 1503 in bij het Lukasgilde in Antwerpen. Er is weinig bekend over zijn carrière. Zijn artistieke talent suggereert echter dat hij een goede opleiding moet hebben gehad. Tussen 1503 en 1508 woonde en werkte Gossaert in Antwerpen. In deze periode had hij verschillende leerlingen, waaronder Jan van Dornicke. Andere studenten die bij hem in de leer gingen waren Jan van Scorel en Jan Mertens de jongere. Vanaf 1508 kwam Gossaert in dienst van Filips van Bourgondië. De rest van zijn leven werkte hij bijna uitsluitend voor adellijke huizen. Sommige van zijn andere klanten waren vrienden en kennissen van zijn beschermheer en werkgever.
Toen Filips van Bourgondië als ambassadeur naar Rome en naar paus Julius II in het Vaticaan werd gestuurd, vergezelde Gossaert hem. Dit maakte hem de eerste Nederlandse kunstenaar die in die tijd naar Italië reisde en maakte de weg vrij voor vele andere kunstenaars die naar Italië reisden, zoals Peter Paul Rubens. De indrukken van de Italiaanse kunst oefenden een grote fascinatie uit op de Vlaamse schilder. Zo werd Gossaert een van de eerste schilders van de Nederlandse Renaissance, ook wel bekend als Romanisme. Ook na zijn terugkeer uit Italië in 1509 probeerde Gossaert hij zijn studie van de Italiaanse kunst voort te zetten door kopergravures van Marcantonio Raimondi en Jacopo de Barbari te bestuderen. Terwijl zijn vroegere werken sterk gericht waren op de stijl van de Antwerpse School en kunstenaars zoals Jan van Eyck of Albrecht Dürer, probeerde hij in zijn latere werken steeds vaker de Italiaanse stijl te kopiëren.
Na de dood van Philip kwam Gossaert in dienst van zijn broer Adolph, de markies van Veeren. De Vlaamse schilder Carel van Mander liet in zijn biografie doorschemeren dat Gossaert een nogal onstuimige levensstijl had. Hij gaf echter ook toe dat hij zijn vak onder de knie had en altijd een verzorgd uiterlijk had. Gossaert zou een alcoholprobleem hebben gehad, wat hem in moeilijkheden bracht. Toen de markies een bezoek van keizer Karel V verwachtte, beval hij iedereen, ook Gossaert, om gekleed in wit damast te verschijnen. Helaas zou Gossaert zijn damastkleren kort daarvoor hebben verkocht om alcohol te kopen. Dus probeerde hij de anderen te misleiden en verscheen hij in een kostuum van zeer fijn papier. Maar het plan werkte niet en de markies was zo boos dat hij Gossaert wilde laten opsluiten. Maar de keizer zou zo geamuseerd zijn geweest dat hij hem uit de gevangenis heeft gered. De vele werken van Gossaert en het feit dat hij een intact gezinsleven had, suggereert echter dat de verslaving zijn leven niet heeft gedomineerd.
Pagina 1 / 2