Tijdens zijn leven was Gustav Bauernfeind niet alleen de bekendste, maar ook de populairste Oosterse schilder in Duitsland. Men was gefascineerd door de vervlechting van moslim-, joodse en christelijke culturen die de kunstenaar in zijn werken vastlegde. En hij deed dit op een manier die de kijker het gevoel gaf dat hij niet voor een schilderij stond, maar midden in de bazaar of bij de Klaagmuur zelf.
Na zijn dood in 1904 in het verre Jeruzalem raakten Bauerfeind en zijn werk echter snel in de vergetelheid. Pas in de jaren tachtig werd de kunstenaar geleidelijk herontdekt en gewaardeerd. Dank hiervoor is verschuldigd aan Hugo Schmid, burger van Sulz am Neckar, de woonplaats van de kunstenaar. Schmid spoorde Bauerfeind's nalatenschap en veel van zijn schilderijen op. De biografie die hij toen schreef bracht de schilder ook weer onder de aandacht van de kunsthandel en herstelde hem in zijn rechtmatige plaats in de kunstgeschiedenis. Dit blijkt onder meer uit de stijgende actieprijzen: Bauernfeind's olieverfschilderij "De Klaagmuur, Jeruzalem", dat in 1992 op een veiling van het Londense veilinghuis Christie's het equivalent van 326.000 euro opbracht, bracht 15 jaar later op een veiling van Sotheby's al 4,5 miljoen euro op. Een vertienvoudiging!
Deze postume erkenning zou Gustav Bauernfeind zeker met trots hebben vervuld, ook al stond hij bij zijn tijdgenoten eerder bekend als een zeer bescheiden schilder, altijd geplaagd door twijfels over zijn talent. Hij was geboren als zesde van negen kinderen van een apotheker en zijn weg naar de kunst was geen natuurlijke. Hij studeerde eerst architectuur aan de hogeschool van Stuttgart en werkte ook enige tijd als architect. Dit beroep maakte hem echter niet gelukkig, alleen het tekenen dat ermee gepaard ging sprak hem aan. Dus solliciteerde hij naar een baan bij de Stuttgartse kunstuitgeverij Engelhorn. Voor zijn opdrachtgever reisde hij naar Zwitserland en Italië om illustraties van historische plaatsen te maken. Maar zelfs dit stelde hem op den duur niet tevreden. In München zocht hij aansluiting bij de plaatselijke kunstenaarsgemeenschap. Helaas kwam hij er al snel achter dat hij als kunstenaar niet serieus werd genomen. En ze betaalden weinig voor zijn werk als illustrator. Het gebrek aan erkenning en de precaire financiële situatie versterkten zijn depressieve neigingen. Om psychologisch te herstellen maakte Gustav Bauernfeind in 1880 zijn eerste reis naar het Oosten. Beiroet was de voor de hand liggende bestemming, omdat zijn zus Emilie daar woonde. De kunstenaar werd onmiddellijk gegrepen door de exotische onderwerpen, de intense kleuren en het glinsterende licht die zich aan hem voordeden. En zo begon hij vier jaar later aan een tweede reis naar het Oosten, waar hij in Jaffa zijn toekomstige vrouw Elise Bertsch ontmoette. Een decennium later vestigde Bauernfeind zich met haar in het Midden-Oosten. Naast zijn liefde voor het land en zijn bevolking had dit waarschijnlijk ook financiële redenen. De schilder kon enkele schilderijen aan Engeland en de VS verkopen, maar dit bleven geïsoleerde financiële successen.
Tijdens zijn leven was Gustav Bauernfeind niet alleen de bekendste, maar ook de populairste Oosterse schilder in Duitsland. Men was gefascineerd door de vervlechting van moslim-, joodse en christelijke culturen die de kunstenaar in zijn werken vastlegde. En hij deed dit op een manier die de kijker het gevoel gaf dat hij niet voor een schilderij stond, maar midden in de bazaar of bij de Klaagmuur zelf.
Na zijn dood in 1904 in het verre Jeruzalem raakten Bauerfeind en zijn werk echter snel in de vergetelheid. Pas in de jaren tachtig werd de kunstenaar geleidelijk herontdekt en gewaardeerd. Dank hiervoor is verschuldigd aan Hugo Schmid, burger van Sulz am Neckar, de woonplaats van de kunstenaar. Schmid spoorde Bauerfeind's nalatenschap en veel van zijn schilderijen op. De biografie die hij toen schreef bracht de schilder ook weer onder de aandacht van de kunsthandel en herstelde hem in zijn rechtmatige plaats in de kunstgeschiedenis. Dit blijkt onder meer uit de stijgende actieprijzen: Bauernfeind's olieverfschilderij "De Klaagmuur, Jeruzalem", dat in 1992 op een veiling van het Londense veilinghuis Christie's het equivalent van 326.000 euro opbracht, bracht 15 jaar later op een veiling van Sotheby's al 4,5 miljoen euro op. Een vertienvoudiging!
Deze postume erkenning zou Gustav Bauernfeind zeker met trots hebben vervuld, ook al stond hij bij zijn tijdgenoten eerder bekend als een zeer bescheiden schilder, altijd geplaagd door twijfels over zijn talent. Hij was geboren als zesde van negen kinderen van een apotheker en zijn weg naar de kunst was geen natuurlijke. Hij studeerde eerst architectuur aan de hogeschool van Stuttgart en werkte ook enige tijd als architect. Dit beroep maakte hem echter niet gelukkig, alleen het tekenen dat ermee gepaard ging sprak hem aan. Dus solliciteerde hij naar een baan bij de Stuttgartse kunstuitgeverij Engelhorn. Voor zijn opdrachtgever reisde hij naar Zwitserland en Italië om illustraties van historische plaatsen te maken. Maar zelfs dit stelde hem op den duur niet tevreden. In München zocht hij aansluiting bij de plaatselijke kunstenaarsgemeenschap. Helaas kwam hij er al snel achter dat hij als kunstenaar niet serieus werd genomen. En ze betaalden weinig voor zijn werk als illustrator. Het gebrek aan erkenning en de precaire financiële situatie versterkten zijn depressieve neigingen. Om psychologisch te herstellen maakte Gustav Bauernfeind in 1880 zijn eerste reis naar het Oosten. Beiroet was de voor de hand liggende bestemming, omdat zijn zus Emilie daar woonde. De kunstenaar werd onmiddellijk gegrepen door de exotische onderwerpen, de intense kleuren en het glinsterende licht die zich aan hem voordeden. En zo begon hij vier jaar later aan een tweede reis naar het Oosten, waar hij in Jaffa zijn toekomstige vrouw Elise Bertsch ontmoette. Een decennium later vestigde Bauernfeind zich met haar in het Midden-Oosten. Naast zijn liefde voor het land en zijn bevolking had dit waarschijnlijk ook financiële redenen. De schilder kon enkele schilderijen aan Engeland en de VS verkopen, maar dit bleven geïsoleerde financiële successen.
Pagina 1 / 1