160 Gevonden artiesten. Landschapsschilderen is altijd een uiting geweest van de liefde voor de natuur en de poging om de schoonheid van de wereld in het huis van vier muren te brengen. Maar ook deze kunstrichting was altijd onderhevig aan de tijdgeest. Schilderijen met landschappen als eigen onderwerpen kwamen relatief laat, namelijk in de 17e eeuw in de mode. Eerder was het landschap op schilderijen altijd ondergeschikt geweest aan het hoofdmotief, meestal helden van oude mythologieën. Vooral in Nederland werd landschapsschilderkunst een uniek artistiek genre met experts voor de verschillende landschapstypen. De bloeitijd van landschapsschilderkunst met een hoge mate van iconiciteit was vooral romantiek en naturalisme. Beide beeldden de meeste geconstrueerde landschappen zo realistisch mogelijk uit. De romantiek plaatst het verlangen naar de natuur en de terugkeer ernaar in het centrum van de vaak dromerig schijnbare schilderijen. Hoewel de romantiek vaak religieuze en nationalistische trekken vertoont, rekening houdend met het feit dat het negentiende-eeuwse nationalisme een andere, veel progressievere, dan die van latere eeuwen was, richt het naturalisme zich op de natuur zelf en heeft het betrekking op de mens zoals realisme alleen voor sociale kritiek als een onderwerp van de afbeelding. In die zin hebben naturalisme en realisme een zekere kruising die het moeilijk maakt om de twee stijlen strikt te scheiden.
Precies tegenovergesteld aan de landschapsschildering van de romantiek en het naturalisme is die van het impressionisme. De impressionisten verbeelden altijd echte plaatsen en scenario's, maar hechtten niet veel waarde aan een schilderstijl met een hoge mate van iconiciteit. In plaats daarvan plaatsen ze het spel van licht en kleuren centraal in hun werk.
Landschapsschilderen is altijd een uiting geweest van de liefde voor de natuur en de poging om de schoonheid van de wereld in het huis van vier muren te brengen. Maar ook deze kunstrichting was altijd onderhevig aan de tijdgeest. Schilderijen met landschappen als eigen onderwerpen kwamen relatief laat, namelijk in de 17e eeuw in de mode. Eerder was het landschap op schilderijen altijd ondergeschikt geweest aan het hoofdmotief, meestal helden van oude mythologieën. Vooral in Nederland werd landschapsschilderkunst een uniek artistiek genre met experts voor de verschillende landschapstypen. De bloeitijd van landschapsschilderkunst met een hoge mate van iconiciteit was vooral romantiek en naturalisme. Beide beeldden de meeste geconstrueerde landschappen zo realistisch mogelijk uit. De romantiek plaatst het verlangen naar de natuur en de terugkeer ernaar in het centrum van de vaak dromerig schijnbare schilderijen. Hoewel de romantiek vaak religieuze en nationalistische trekken vertoont, rekening houdend met het feit dat het negentiende-eeuwse nationalisme een andere, veel progressievere, dan die van latere eeuwen was, richt het naturalisme zich op de natuur zelf en heeft het betrekking op de mens zoals realisme alleen voor sociale kritiek als een onderwerp van de afbeelding. In die zin hebben naturalisme en realisme een zekere kruising die het moeilijk maakt om de twee stijlen strikt te scheiden.
Precies tegenovergesteld aan de landschapsschildering van de romantiek en het naturalisme is die van het impressionisme. De impressionisten verbeelden altijd echte plaatsen en scenario's, maar hechtten niet veel waarde aan een schilderstijl met een hoge mate van iconiciteit. In plaats daarvan plaatsen ze het spel van licht en kleuren centraal in hun werk.